Een paar weken terug stond er een vetgoeie column op deze site. Krijg ik als commentaar: “Je preekt voor eigen parochie, jullie bezoekers zijn toch al allemaal al voor borstvoeding.”
Daar denk ik toch wat genuanceerder over.
Een deel van de duizenden bezoekers per dag zijn ongetwijfeld vrouwen wier melk rijkelijk sproeit, wier kinderen spekkig en tevreden tien tot twintig keer per dag aan de borst lurken en dat blijven doen totdat ze naar de basisschool gaan.
Echter, het leeuwendeel van de bezoekers bestaat uit moeders die tegen allerlei kleine probleempjes aanlopen, die op zoek zijn naar betrouwbare adviezen, bevestiging en ondersteuning.
Voor hen zijn de columns beslist interessant en soms een eye-opener.
Bovendien: ik publiceer niet alleen op borstvoeding.com. Ik schrijf al jaren boeken en ook al jaren voor diverse bladen. Daarmee breng ik borstvoeding onder de aandacht van een groot publiek
Dat ik niet schrijf voor de Volkskrant of meewerk aan publicaties van de landelijke ‘Studiegroep voeding 0 ‘ 4 jarigen’, komt kennelijk omdat zij hun eigen deskundigen hebben. Deskundigen met helaas minder verstand van borstvoeding dan ik.
Neem nou Louise Fresco en Martijn Katan, beiden hoogleraar voedingsleer.
Samen schreven ze in Het Betoog van de Volkskrant van 3 februari 2007 een reactie op de publicatie ‘Richtlijnen voor gezond eten’ van de Gezondheidsraad [dec. 2006] met als titel: ‘Alleen minder eten helpt’.
Ik vond het een inhoudsloze en verouderde analyse: we weten toch al lang dat elk pondje door het mondje komt? Ik vond het bovendien uitermate storend dat beide hoogleraren verzuimd hebben het verhoogde risico op overgewicht, op jonge én op latere leeftijd, als gevolg van het gebruik van kunstvoeding door baby’s, te noemen.
Een gemiste kans.
Of neem de nieuwe landelijke ‘Uitgangspunten voor de voedingsadvisering voor kinderen van 0-4 jaar’, samengesteld door de ‘Studiegroep voeding 0 ‘ 4 jarigen’, waarin onder andere het Voedingscentrum, een diëtist en een lactatiekundige vertegenwoordigd is. Het is fijn te merken dat borstvoeding een belangrijke plaats in neemt in deze nieuwe rapportage. Een hele verbetering ten opzichte van eerdere rapportages. Hopeloos is echter de volgende zinsnede: ‘Daarbij moet de borstvoeding wel worden gezien als [onderdeel van] een maaltijd en niet worden gebruikt om te troosten of om steeds een slokje tussendoor te drinken. Het kind moet ernaast ook leren eten van een lepel en drinken uit een beker.’
Zucht. Waarom in vredesnaam is de troostborst fout? Moet je een baby’tje die troost nodig heeft dan maar een half uur laten huilen? Met de kookwekker erbij, zoals sommige zelfs durven adviseren? Gehoorbescherming in en janken maar?
De troostborst heeft juist een hele mooie functie: hij troost, hij kalmeert, hij voedt én hij is goed voor de productie. Even getroost worden door je mama en tegelijkertijd een slokje warme melk in je buikje! Is dat niet het fijnste wat je kan overkomen als je even niet lekker in je vel zit of je gestoten hebt aan de tafel?
De lactatiekundige die meewerkte aan deze rapportage heeft of zitten slapen óf is niet opgewassen geweest tegen het geweld van de rest van de deelnemers.
Opnieuw een gemiste kans.
Jammer dat de Volkskrant niet wat alerter is en verouderde analyses brengt van deskundigen die niet goed op de hoogte zijn van recente ontwikkelingen op het gebied van borstvoeding.
En jammer ook van die studiegroep. Want we weten dat de borstvoeding vaak mislukt omdat moeders verkeerde en slechte adviezen krijgen van gezondheidswerkers.
Zolang de overheid [en ook het Voedingscentrum] foute en onvolledige adviezen geeft aan gezondheidswerkers, zal bij veel moeders de borstvoeding blijven mislukken.