Ik heb me voorgenomen, na de afgelopen nacht flink aan de haal te zijn geweest, om eens lekker te blijven liggen. Ik draai me nog eens heerlijk om, lekker helemaal alleen in het grote warme bed met mijn rode kruik in hartmodel. Ik hoor het monotone getik van de dansende sneeuwvlokken tegen het raam. Maart roert zijn staart, denk ik nog vlak voor ik wegdommel in een oppervlakkige, zoete maar ook onstuimige droom…
…eenmaal in dromenland verschijnt ons Pien, mijn eerste liefde…
Ze zingt als een nachtegaal en doet ons humpiedumpie in bad. O ja, ze is nog maar net bevallen.
Wat had ik me suf geprakkiseerd in de weken voor de bevalling. Ik wilde haar verrassen met een fijn kraamcadeau, en ik bedacht goede voornemens aan de lopende band. Ik zou haar steunen met de borstvoeding, alle dagen alle wasjes doen, het bezoek op afstand houden en weer snel de deur uitjagen, de geboortekaartjes in enveloppen doen en versturen, de luiers strijken en vouwen en ik zou vooral mijn schoonmoeder verhoeden tot het doen van borstvoedingsonvriendelijke opmerkingen.
Dat van die wasjes en luiers enzo, daar zag ik natuurlijk vreselijk tegenop. Niemand in mijn vriendenkring deed nog in katoenen luiers. Jonge mensen doen tegenwoordig wegwerp. Maar ik ben van de oude stempel: voor milieuvriendelijk en ademend katoen, en tégen plastic broeken gevuld met superabsorberende vezelstoffen. ‘Ouwe man!’ hoorde ik mijn vrienden roepen. Ze lachten luid met een grijns zo breed dat hun rimpels van plezier haast oneindig leken.
Ik? Een oude man? Hoezo? Niet alle grijze mannen zijn oud. Wat dachten ze wel. En weg waren ze. Ik surfde alweer verder, op zoek naar borstvoeding. Ik surfde me suf op internet. Nu zat ik op zwangerschapsgym. Tussen de pufjes door drong de bv-maffia-mantra van de gymjuf bij me binnen. …borstvoeding is normaal… borstvoeding is normaal… Zo was het, Piens’ borsten waren ook dáárvoor bedoeld. Toen we ons eerste kindje kregen zeg maar, had ik al zoiets: daar gaat de twee-eenheid, voortaan moeten we alles delen. En vanaf nu zou ik ook haar borsten delen.
De man aan de zijlijn zou ik zijn. Dát had ik gelezen in een column op een borstvoedingssite, hahaha. Ik aan de zijlijn. Ik ben een steenbok, en die gaat voorop: overtuigd en recht op het doel af. Wie aan de borstvoeding komt, komt aan mij. Wie naar ons Pien wijst, die wijst naar mij. Verhip, daar heb je die mantra weer… borstvoeding is normaal, borstvoeding is normaal…
Ons Pien, ons humpiedumpie. Hij drinkt met zoveel plezier, en wat groeit’ie goed. Ons Pien heeft Pokonmelk, hahaha.
En nog voordat ik mijn schoonmoeder kon waarschuwen voor de man aan de zijlijn schrok ik wakker…