Invalidentoilet

column-168.jpgToen Mees zes weken was, had ik een afspraak bij de gynaecoloog voor de na-controle. Vanwege het vroege tijdstip van de afspraak was het spits hier in huis: eten, douchen, aankleden, etc. Natuurlijk wilde meneer precies op dit moment nog wat drinken, ‘ideaal’ dat voeden op verzoek.
Ik was net op tijd in het ziekenhuis. De wachtkamer puilde uit. Het zou dus nog wel even gaan duren. Omdat Mees om half acht weinig had gedronken, zou hij vast al snel weer een slok lusten. Dat zou de eerste voeding buitenshuis worden, maar vooralsnog sliep hij lekker door.

Na ruim anderhalf uur werd hij wakker. Ik nam hem bij me en de hele wachtkamer barstte uit in een ‘ach’, ‘oh wat lief’, ‘oh wat klein’. Mees had trek en begon in mijn nek te happen. Normaal zou ik hem direct de borst geven, ware het niet dat ik ieder moment kon worden binnen geroepen. Vrijwel iedereen die er al zat toen ik kwam was aan de beurt geweest, het zou vast niet lang meer duren.

Bovendien was voeden in de volle wachtruimte helaas voor mij en voor Mees geen fijne optie. Mees heeft een kort tongriempje en drinkt met een tepelhoedje. Hij is een onrustige drinker; hapt aan, laat weer los, kijkt rond en zo gaat dit enkele keren achter elkaar alvorens hij goed aanhapt. Bij mij is dan het toeschietreflex in volle gang, het tepelhoedje schiet regelmatig van z’n plek en je raadt het waarschijnlijk al… dat wordt een kliederboel. Dat maakt voeden in een openbare ruimte wel erg openbaar.

Mees dacht er anders over: hij zette zich af tegen mijn borst, duwde zich vervolgens opzij zodat hij met zijn hoofd precies op drinkhoogte lag en ging drooghappen. Naast me hoorde ik iemand vragen ‘je geeft zeker borstvoeding?’ Ehm, ja dus. Ik kon wel door de grond zakken.

De twijfel sloeg toe. Ik vond het zielig voor Mees, maar had het gevoel dat ik moest blijven wachten omdat ik ieder moment aan de beurt zou zijn. Ik wilde echter mijn kind voeden, maar wist niet of ik überhaupt de tijd had om eerst ergens een rustige voedlocatie op te zoeken. Daarbij voelde ik schaamte, want ja, wie laat zijn kind nou huilen terwijl hij honger heeft? Wat had ik te doen met mijn kleine mannetje. Ik voelde me erg ongemakkelijk.

Ik werd opgeschrikt uit deze innerlijke tweestrijd toen de assistent me riep. Ik legde Mees onhandig in de wagen, zocht mijn tas en jas bij elkaar en liep met een huilend kind achter de assistente aan. Pfff… wat voelde ik me op dat moment een slechte moeder.

Ik was dan ook niet met mijn gedachten bij het gesprek. Mees zette een enorme keel op en wilde echt eten. Het gesprek werd haastig afgerond en ik luisterde nog maar met een half oor. Eenmaal buiten dook ik het eerste de beste invalidentoilet in dat ik tegen kwam en daar kon ik Mees eindelijk rustig voeden. Wat een opluchting, zowel voor Mees, als voor mama!

Terwijl hij aan het drinken was kreeg ik visioenen van mensen die op de deur klopten met de vraag of alles wel goed ging of dat er iemand in een rolstoel zat te wachten. Nou ja jammer dan, mijn ventje wil eten dus dan geef ik hem dat. Hoewel ik wel moet zeggen dat het thuis voeden toch een stuk aangenamer, romantischer en intiemer voelt.

Wij voeden zoveel mogelijk op verzoek, ook al moeten we daarvoor naar het invalidentoilet van het ziekenhuis!

Hier uw advertentie?

Neem vrijblijvend contact met ons op voor de mogelijkheden

Gerelateerde artikelen