Een ‘David Hamilton’ achtige sfeer: schemerige verlichting, een moeder met lang blond haar, dromerige blik in de ogen, witte kanten bloes aan. De bloes open zodat één of soms twee borsten zichtbaar zijn en een baby aan de borst. Als het gaat om het promoten van borstvoeding heb ik het niet zo op dit soort plaatjes. Verdacht vaak staan ze afgebeeld in (promotie)materiaal van kunstvoeding fabrikanten. Die doen alsof ze borstvoeding promoten, maar ze zorgen er voor dat het merendeel van de vrouwen zich niet identificeren met borstvoeding.
Er is echter één uitzondering, een romantisch plaatje dat nog steeds duidelijk op mijn netvlies staat: Het was op de jaarlijkse vergadering van Europese babyvoeding actiegroepen (IBFAN). De vergadering vond plaats in Debrecen in Oost Hongarije, de stad van het eerste Europese ziekenhuis met Unicef Zorg voor Borstvoeding certificaat. Het was in de tijd van de Bosnisch-Servische oorlog. Er waren twee Bosnische artsen op de vergadering, een man en een vrouw. Onderzoek in Bosnië had uitgewezen dat moeders die in contact geweest waren met instellingen in de gezondheidszorg, een kleinere kans hadden om succesvol borstvoeding te geven, dan vrouwen die dat niet hadden. De borstvoedingscijfers waren erg laag. Deze artsen waren, met steun van de World Health Organisation (WHO), al een aantal maanden hard bezig Bosnische zorgverleners te trainen in het ondersteunen van borstvoeding. Tegelijkertijd hadden ze richtlijnen opgesteld om de donaties van melkpoeder, waarvan er heel veel binnenstroomden, aan banden te leggen. Dergelijke donaties (zowel van kunstmatige zuigelingenvoeding als van andere soorten melkpoeder) kunnen borstvoeding ernstig ondermijnen. De Bosnische artsen vonden het belangrijk om hun verhaal te vertellen aan de wereld, maar waren ook wel even toe aan een periode zonder oorlog, en waren na een lange en niet geheel ongevaarlijke tocht in Hongarije aangekomen. Iedereen was erg onder de indruk van hun verhalen. De Bosniërs waren erg blij in zo’n borstvoeding vriendelijke omgeving te verblijven.
Tijdens de vergadering was tijd ingeruimd voor een rondleiding in het gecertificeerde Hongaarse ziekenhuis. We waren erg onder de indruk. Het medisch en verplegend personeel bleek erg betrokken bij borstvoeding. Het was niet gemakkelijk geweest om hen ‘om‘ te krijgen maar nu gingen ze er helemaal voor.
Toen het al tegen de avond liep en er her en der wat subtiele verlichting aanging, gingen we een kamer binnen waar een kersverse moeder van een tweeling haar kinderen aan het voeden was. Ze zat rechtop, omringd door kussens, en had haar kinderen tegelijkertijd aangelegd in de rugby houding (beentjes onder moeders oksel door naar achteren gehouden). De moeder keek ons stralend van geluk aan. Er werd ons verteld dat zij zeven jaar lang had geprobeerd om zwanger te worden.
Toen één van de Bosnische artsen dit tafereel zag, kon hij zijn tranen niet bedwingen. “Ik heb in tijden niet zo iets moois gezien”, zei hij. De rest van ons had ook een brok in de keel. Het verschil tussen verhalen over de wreedheid van de oorlog en dit intens gelukkige tafereel was dan ook wel erg groot. De arts vroeg of hij een foto mocht maken. Daar had de moeder helemaal geen probleem mee. Die foto, kompleet met schemerlicht en lachende moeder, daar kan David Hamilton nog een puntje aan zuigen!