Baby’s die met moedermelk gevoed worden maken later als volwassene een grotere kans om te stijgen op de sociale ladder.
Dit blijkt uit een onderzoek dat is verricht aan de universiteit van Bristol. De onderzoekers volgden gedurende zestig jaar de levens van 1414 baby’s, geboren in de periode 1937 – 1939.
Van de borstgevoede kinderen bleek later 58 procent zijn milieu te ontgroeien. Van de met kunstvoeding gevoede baby’s was dat 50 procent. Het relatieve verschil tussen de twee groepen blijkt 41 procent te zijn als de invloed van ‘andere factoren die de uitkomst konden beïnvloeden’ verrekend is.
Ook verschillen binnen het gezin
Verder blijkt dat hoe langer een baby de borst krijgt, hoe groter de kans dat hij het verder schopt in zijn latere leven. Zelfs binnen het gezin zijn er verschillen waargenomen. De natuurlijk -met de borst- gevoede baby maakt 16 procent meer kans om het later sociaal goed te doen dan zijn met kunstvoeding gevoede broertje of zusje.
Hoger IQ
Onderzoeksleider Richard Martin verklaart dat het nog onduidelijk is wat precies de oorzaak is van het sociaal gunstige effect van borstvoeding. Het is al bekend dat borstkinderen gemiddeld een iets hoger IQ hebben dan kunstgevoede kinderen. En het is ook bekend dat borstgevoede kinderen meer kans hebben op een betere gezondheid. Naar nu blijkt heeft borstvoeding ook een effect op de sociale status op latere leeftijd.
De onderzoeker durft nog niet te stellen waar precies het positieve effect op de sociale status vandaan komt. Is dat het proces van borstvoeding zelf, waardoor een betere band met de moeder zou ontstaan, of komt het omdat borstvoeding vooral in betere sociale milieus populair is?
Dat laatste lijkt niet het geval. De afgelopen decennia is het onder moeders uit de midden- en hogere sociale klassen gebruikelijker om hun kinderen de borst te geven dan in lagere sociale milieus. Maar in de jaren dat de onderzochte personen borstvoeding kregen [1937 ‘ 1939] was dat niet zo. Het onderzoek in Bristol vond geen verband tussen het inkomen of sociale status van de onderzochte gezinnen en het aantal borstgevoede baby’s.