Een prachtige cirkelredenering!
Als je aan de eerste de beste aanstaande moeder vraagt hoelang ze geacht wordt borstvoeding te geven, is de kans groot dat zij met de magische tijdsspanne van ‘zes maanden’ op de proppen komt. Zes maanden borstvoeding is, onder andere dankzij de campagne van het Voedingscentrum, de standaard geworden als het gaat om een ideale borstvoedingsperiode. Het is een goede zaak dat die standaard steeds meer bekendheid krijgt en dat steeds meer vrouwen dat doel nastreven.
‘Zes maanden borstvoeding’ is echter een heel verkorte versie van het advies van de World Health Organisation (WHO), waarop het Voedingscentrum zijn advies mede baseert. Het volledige advies van de WHO luidt – vrij geparafraseerd – zes maanden volledige borstvoeding (dat wil zeggen, het kind krijgt niets anders dan moedermelk te eten of te drinken) en vervolgens tot de tweede verjaardag borstvoeding in combinatie met ander eten en drinken. Na de tweede verjaardag kan de borstvoeding worden voortgezet zolang moeder en kind dat willen.
Twee belangrijke elementen van het WHO-advies, namelijk volledige borstvoeding (dus niets dan moedermelk) en borstvoeding tot het kind twee is, zijn in het advies van het Voedingscentrum verdwenen. Ik heb het Voedingscentrum eens gevraagd waarom het in het midden laat hoelang er doorgevoed kan of moet worden. Het antwoord was dat het in Nederland niet gebruikelijk is zo lang te voeden en dat het daarom niet redelijk is te adviseren twee jaar borstvoeding te geven. Een prachtige cirkelredenering!
Het advies van de WHO wordt blijkbaar niet volledig op Nederland van toepassing geacht. Toch is het gebaseerd op ruim 3000 wetenschappelijke onderzoeken die in de hele wereld zijn uitgevoerd en geldt het zeker niet alleen voor ontwikkelingslanden. Waarom is het Voedingscentrum zo terughoudend?
In de Verenigde Staten is enkele jaren geleden lang gediscussieerd over het advies dat de AAP (de Amerikaanse vereniging van kinderartsen) moest geven over de borstvoedingsduur. Uit gezondheidsoogpunt moest dat twee jaar luiden; daar was men het over eens. Maar mede onder invloed van de lobby van de kunstvoedingsindustrie gingen er ook stemmen voor een veel kortere duur
(namelijk zes maanden): twee jaar paste niet in de Amerikaanse cultuur en gewoonte, was te veel gevraagd van vrouwen die bijvoorbeeld weer gingen werken, enzovoorts. Zo kwam men uiteindelijk tot het compromis van één jaar.
Ik kan alleen maar raden hoe het Voedingscentrum uiteindelijk tot het magere advies van zes maanden is gekomen. Ik vraag me wel af of het belang van moeders en kinderen daarin voorop heeft gestaan. Het klinkt wel heel vrouwvriendelijk niet te veel van moeders te willen vragen, maar is het ook niet zo dat de overheid, bij monde van het Voedingscentrum, zijn verantwoordelijkheid ontwijkt? Als de overheid adviseert minstens twee jaar borstvoeding te geven, mag immers ook verwacht worden dat hij de voorwaarden daarvoor creëert. Dat betekent een hele reeks, vaak kostbare maatregelen:
uitgebreidere verlofregelingen voor werkende moeders, een langduriger kolfrecht, betere scholing voor zorgverleners, betere informatievoorziening aan ouders, enzovoorts enzovoorts.
De cirkelredenering van het Voedingscentrum lijkt op het eerste gezicht nogal dom. Het adviseert geen twee jaar borstvoeding omdat dat niet gebruikelijk is; maar als het Voedingscentrum het niet adviseert, wordt het ook nooit gebruikelijk. Bij nader inzien is het waarschijnlijk een weloverwogen beslissing geweest, waarin verschillende belangen zijn afgewogen… en die van moeders en kinderen te licht zijn bevonden.