De groei van je kindje kun je in de gaten houden met behulp van ‘consultatiebureau-groeicurven’, dat zijn groeicurven die weergeven hoe kinderen over het algemeen groeien, of met de ‘WHO-groeistandaarden’, die weergeven hoe gezonde kinderen groeien op een optimale en gezonde voeding en in een gezonde leefomgeving.
De WHO volgde ruim 8000 kinderen uit diverse landen en culturen. De onderzochte moeders waren voorbeeldmoeders: ze rookten niet, ze volgenden de cursussen van de WHO, ze gaven hun kinderen zes maanden exclusief borstvoeding, ze introduceerden bijvoeding precies volgens de WHO-adviezen en gaven hun kinderen borstvoeding tot zij minimaal twee jaar waren. De groei van deze kinderen werd vastgelegd in de WHO-groeistandaard. Hét instrument bij uitstek om groei en ontwikkeling van alle kinderen, waar dan ook op de wereld, te meten, te volgen en te evalueren.
Maar er zijn mensen die beweren dat deze WHO-groeistandaarden funest zijn voor de borstvoeding. Laat me uitleggen waarom.
Omdat cb-groeicurven weergeven ‘hoe kinderen in Nederland groeien’, zijn ze anders dan de WHO-groeistandaard die laat zien ‘hoe kinderen behoren te groeien’. De lijntjes in de eerste en tweede maand van de cb-groeicurven stijgen lang zo snel niet als de WHO-groeistandaardlijntjes in die eerste twee maanden.
Uit onderzoek blijkt nu dat er moeders zijn die in die eerste twee maanden stoppen met de borstvoeding omdat ze, als ze de groei van hun kind afzetten tegen de WHO-groeistandaard, onvoldoende groei zien.
De WHO-groeistandaard lijkt zijn doel voorbij te schieten, omdat deze moeders vervolgens gezegd wordt dat ze niet genoeg voeding hebben en dat hun melk niet voedzaam genoeg zou zijn.
Stoppen met borstvoeding is zonde, en sommige deskundigen stellen dus voor om de lijntjes in maand één en twee van de WHO-groeistandaard uit te gummen en te vervangen door de cb-groeicurve. Want dan lijken borstkinderen, die sub-optimaal borstvoeding krijgen en niet optimaal groeien, tóch ineens wel optimaal te groeien en dus zal de moeder niet stoppen met de borstvoeding.
Ik vind deze oplossing te zot voor woorden: de WHO-groeistandaard aanpassen en daarmee suggereren dat kinderen goed groeien.
Je kunt je beter de vraag stellen waarom moeders die borstvoeding geven soms geen optimale groei bereiken in de eerste twee maanden? Dat komt met name omdat ze vaak slecht, onvoldoende of niet begeleid worden bij de borstvoeding. Nog steeds zijn er zorgverleners, de goede niet te na gesproken, die, niet gehinderd door enige vorm van kennis over natuurlijke fysiologische processen (lees: borstvoeding), domme, foute én borstvoedingondermijnende uitspraken doen en, vaak ongevraagd, adviezen geven.
Dus beste moeders: neemt het heft in eigen hand, zorg dat je weet waar het over gaat en lees je in op de borstvoeding.
Zorgverleners roep ik op kwaliteit te leveren in plaats van kunst! Borstvoedingbijscholing volgen als je dat nodig hebt, of een goed borstvoedingboek ter hand nemen, is niet zo ingewikkeld.