Chantal van den Bossche
Je ziet nog eens wat van de wereld als je kolft. Als communicatieadviseur kom ik graag onder de mensen. Maar dat heeft wel als consequentie dat je als kolvende moeder nog al wat bezemhokken en – volgens arboregels volstrekt onverantwoorde – personeelsruimtes mag aanschouwen.
Zo was ik begin dit jaar, tijdens de verkiezing van de mediavrouw van het jaar, een evenement waar ik de publiciteit voor verzorgde, erg blij dat ik mijn handkolf had meegenomen toen ik het hok zag dat mij die avond was toebedacht. Aan de blootliggende draden en de staat van onderhoud van de elektriciteit te zien, had ik mezelf waarschijnlijk geëlektrocuteerd als ik mijn dubbelzijdige elektrische kolf had meegenomen.
Een maand later mocht ik wederom een ander hoogtepunt aan mijn kolf-cv toevoegen. Als adviseur voor een NGO gericht op het verduurzamen van de samenleving, leek het me wel een goed idee om eens een lobbydagje in Den Haag bij te wonen. Tijdens de lunch was voor mij ook een kolfruimte gereserveerd; een donker hok naast de keuken. Ik werd met alle égards behandeld door het keukenpersoneel, dat mij zelfs nog voorzag van een lekker broodje, wat drinken en een krant.
Terwijl ik de kolfruimte inliep merkte ik wel dat het druk begon te worden op de gang. Het kolven ging goed, ik zat lekker rustig, maar het geroezemoes om mij heen werd echter steeds luider. Toen ik dan ook de deur uit wilde lopen, bleek die gebarricadeerd te zijn door zo‘n twintig internationale filmploegen. Net op het moment dat ik met mijn kolftasje me een weg wist te banen tussen de verslaggevers en cameralieden kwam de aanstichtster van al dit rumoer eraan, Ayaan Hirsi Ali, geflankeerd door minister Zalm en de nodige beveiligers. Gebogen, met het tasje discreet onder mijn arm, kroop ik tussen de mierenhoop door naar de keuken. En zette mijn fles moedermelk tussen de consumpties voor Ayaan en haar gevolg, onder grote hilariteit van het keukenpersoneel. ‘s Avonds zag ik mezelf in een flits terug in het NOS Journaal. ‘Kolvende moeder ontsnapt aan internationale tv-ploeg‘, dacht ik er stiekem bij.
Mijn leukste ervaring was deze zomer tijdens het allereerste weekendje weg zonder kinderen met mijn lief. Eenmaal aangekomen in het pension aan de Noord-Franse kust bleek ik het hendeltje van de handkolf te zijn vergeten. Daar zat ik dan na een autorit van zes uur. De Franse apotheken stonden vol met blikken kunstvoeding en het begrip kolven was de meeste ‘pharmaciens‘ onbekend. We stonden bijna op het punt de eerste hulp van het lokale ziekenhuis binnen te lopen. De pensionhouder, die nog nooit in zijn leven een kolf had gezien, bekeek het ding met grote interesse. Hij zette het ding tegen zijn wang om eens te testen hoe zo‘n vacuum nou toch stand kwam en kreeg ineens een lumineus idee. We moesten een vork gebruiken. En verrek, het werkte. De toeschietreflex liet enorm op zich wachten, het zweet brak me aan alle kanten uit. Ik voelde de spanning toenemen, maar eindelijk na een kwartier trekken en sjorren verschenen de eerste druppels melk.
Nog nooit heb ik zo opgelucht zitten kolven!