Als je met je baby naar het consultatiebureau gaat, wordt je kind iedere keer gewogen en gemeten en de waarden worden in de grafiek getekend. Zo wordt gekeken of je kind goed groeit. Maar, wat is dan een goede groei? Groeicurves geven de groei van grote groepen kinderen weer. Het gewicht en de lengte van deze kinderen zijn in een grafiek uitgezet. Afbeelding 1 is een voorbeeld van een groeicurve [1].
Afbeelding 1
De middelste zwarte lijn vertegenwoordigt het 50ste percentiel: het gemiddelde. In deze grafiek is vijftig procent van de meisjes zwaarder dan het gewicht op deze lijn en vijftig procent van de meisjes is lichter. De onderste lijn is het 5de percentiel: vijfennegentig procent van de meisjes weegt meer, vijf procent minder. Als je kind op deze lijn zit, is ze wat tengerder ten opzichte van haar leeftijdgenootjes. De bovenste lijn is het 95ste percentiel. Dat wil zeggen dat vijf procent van de meisjes meer weegt dan het gewicht op deze lijn en vijfennegentig procent minder. Een kind dat met haar groeilijntje op deze lijn zit, is natuurlijk molliger, wat forser dan haar leeftijdgenootjes. Beide kindjes hebben een uitstekend gewicht en kunnen heel gezond zijn. Ook baby’s hebben niet allemaal hetzelfde postuur, dit is namelijk ook afhankelijk van familiekenmerken bijvoorbeeld; dus wat het kind qua erfelijke eigenschappen mee kreeg. Het gewicht moet dus altijd in die context worden bekeken. Van een prematuur of dysmatuur kind mag verwacht worden dat het aan de lichte kant is en zij kennen vaak sterkere afbuigingen om hoog of omlaag.
Beoordelen van de groei
Om de groei te kunnen beoordelen, moet gekeken worden naar meerdere metingen. Scherpe stijgingen of dalingen kunnen wijzen op problemen. Op het consultatiebureau wordt er vooral op gelet of je kind een beetje regelmatig groeit. Of je kind dus een groeilijntje heeft dat dezelfde ‘lijn’ volgt, dezelfde ‘kromming’ als de lijntjes of het vlak dat al ingetekend is. Helemaal perfect is het als het kind altijd precies op hetzelfde lijntje groeit, dus steeds hetzelfde percentiel volgt. ‘Ze volgt haar eigen lijntje’ heet het dan. Maar lichte afwijkingen naar boven of naar beneden zijn niet verontrustend.
Afbeelding 2
Kinderen die kunstvoeding krijgen, groeien anders dan kinderen die borstvoeding krijgen. In Nederland worden de groeicurves gebruikt die gebaseerd zijn op de groei van kinderen die voornamelijk kunstvoeding kregen. Afbeelding 2 is een weergave van de curve zoals je die vindt in het Groeiboek dat je krijgt op het consultatiebureau. In het Groeiboek wordt in plaats van het begrip percentiel de wiskundige definitie ‘standaarddeviatie’ gehanteerd.
Voor dit verhaal is dat overigens niet van doorslaggevend belang omdat de middelste lijnen van de standaarddeviatie en de percentiellijnen in dit geval allebei het gemiddelde weergeven. De groeiboek-groeicurve laat alleen een iets grotere spreiding zien: van het 2de tot het 98ste percentiel in plaats van het 5de tot het 95ste.
De grafiek in afbeelding 1 laat zien hoe borstgevoede meisjes groeien. De grafiek in afbeelding 2 geeft de groei van kunstgevoede kinderen weer. In afbeelding 3 zijn de middellijnen van beide curves in één grafiek getekend; je ziet dat ze niet gelijk op lopen.
De kunstvoedingscurve en borstvoedingscurve in dezelfde grafiek
De groeicurve van het borstgevoede meisje begint ten opzichte van de groeiboek-groeicurve iets hoger en stijgt rond de derde maand minder snel. Omdat op de consultatiebureaus voor alle kinderen dezelfde groeicurves hanteren, wordt van borstgevoede kindjes nog wel eens gezegd dat ze met drie of vier maanden in groei achterblijven. In de volksmond heet dit dan de borstvoedingsdip. Maar eigenlijk is dat een vreemde term: borstvoeding is tenslotte het natuurlijke uitgangspunt en kunstvoeding het alternatief. In feite is hier de benaming kunstvoedingsspurt beter op zijn plaats!
Zorgverleners die zich onvoldoende bewust zijn van de andere groeicurve van exclusief met de moedermelk gevoede kinderen, raken soms gealarmeerd door wat in hun ogen een stagnerende en afnemende groei is. Zozeer zelfs dat regelmatig ten onrechte kunstvoeding of bijvoeding wordt geadviseerd om een snellere, en in hun ogen weer ‘gezonde’, groei te bewerkstelligen.
Afbeelding 3
Als je je kind exclusief borstvoeding geeft, is het belangrijk om te weten dat de groeiboekgroeicurves niet voor jouw kind bedoeld zijn. Als de zorgverlener zich dus zorgen maakt over het gewicht van je kind, is het niet onverstandig om een printje te maken van de nieuwe WHO-groeistandaard die je hier kan vinden. Wellicht zie je dan geen afwijking meer, of is hij veel kleiner. In dat geval hoef je je dus geen zorgen te maken en kun je met een gerust hart exclusief borstvoeding op verzoek blijven geven.
Grote variaties
Daarnaast bestaan er grote variaties in groeipatronen. Gemiddelden komen misschien wel in een grafiek voor maar in werkelijkheid zijn ze vrij zeldzaam. Een gemiddelde lijn kan tenslotte ook tot stand komen als een stel kinderen eerst wat naar boven en vervolgens wat naar beneden zwabbert in de curve! Bovendien zijn er naast groei nog andere factoren die een belangrijke rol spelen bij het bepalen of een kind gezond is: heeft het voldoende plasluiers, is het alert en actief, ontwikkelt het zich goed. Als dit allemaal in orde is, is een andere groei dan die de curve aangeeft meestal geen probleem.
Groeicurves zijn handige hulpmiddelen om de groei en gezondheid van een kind in de gaten te houden. Dus is het belangrijk om de juiste groeistandaard/groeicurves te gebruiken. De World Health Organisation (WHO) heeft deze nieuwe standaard ontwikkeld op basis van de groei van borstgevoede kinderen. De WHO adviseert deze curves algemeen in gebruik te nemen. Ook de groei van kinderen die kunstvoeding krijgen, zouden aan deze curve moeten worden getoetst. Borstvoeding is tenslotte het natuurlijke uitgangspunt en is daarmee de feitelijke norm.
Vooralsnog worden in Nederland nog steeds de groeiboek-groeicurves gehanteerd. Daarom zal je zelf, als je je kind borstvoeding geeft, een beetje extra moeten opletten.
Noot van de schrijver
- [1] De waarden in de afbeeldingen 1, 2 en 3 zijn afgelezen uit andere grafieken. Zij geven een benadering weer van de werkelijke meetresultaten en daarom zijn deze afbeeldingen niet geschikt om de groei van je kind op te beoordelen.
Lees en bekijk ook
-
- Alle informatie over groeicurven
- Het Nieuwe Borstvoeding Boek, Stefan Kleintjes, lactatiekundige Groningen-Bedum & Gonneke van Veldhuizen-Staas, lactatiekundige.
- Eten voor de Kleintjes, kleintjes van 0-4 leren zelf eten, Stefan Kleintjes, kinderdiëtist en lactatiekundige Groningen Bedum; 10e druk september 2019
Herzien: 05-2022