Veel mensen verwachten dat hun kind op regelmatige tijden borstvoeding aan de borst drinkt. Ze denken dat er steeds dezelfde hoeveelheid tijd zit tussen twee opeenvolgende voedingen. Maar sommige kinderen willen op een bepaald deel van een etmaal vaker of zelfs bijna continu aan de borst drinken. Dit heet clusteren en past bij een normale ontwikkeling van een jong kind.
Wat is het clusteren?
Vaak merken ouders een aantal dagen of weken na de geboorte dat hun kind op een bepaalde tijd van de dag onrustig is, veel huilt en steeds zuigbehoefte heeft. Bij sommige kinderen gaat dit samen met een periode van wakker zijn en niet meer van voeding tot voeding willen slapen. Het kan ook samen gaan met een of meer regeldagen. Soms zijn moeders dan bang dat de kwaliteit of kwantiteit van hun moedermelk niet meer voldoende is. Ze zijn zich er niet van bewust dat het normaal gedrag is van een jong kind. We noemen het clusteren.
Vaak is het clusteren niet alleen een manier om de zuigbehoefte te bevredigen, maar ook een zoektocht naar rust en geborgenheid. Moedermelk bevat rustgevende en slaapverwekkende hormonen. Ook stimuleert het drinken aan de borst bij de baby de afgifte van het hormoon oxytocine en cholecystokinine. Het rustgevende effect van het drinken aan de borst is daarom sterker dan het drinken uit een zuigfles of het zuigen aan een fopspeen. Als een kind in een rustige omgeving mag clusteren zoals hij wilt, slaapt hij na het clusteren vaak wat langer aan een stuk. Wanneer jij zelf moe bent, kan het clusteren van je kind een handig moment zijn om ook te rusten en daarna ook zelf te slapen.
Clusteren komt vaak onverwacht en dat kan onhandig zijn. Maar een kind clustert niet om jou of anderen te irriteren of dwars te zitten. Het clusteren is een uiting van zijn behoeften. Hij kan behoefte hebben aan moedermelk, maar ook aan lichaamscontact of een rustig sociaal moment met jou. Drinken aan de borst kan meerdere van deze behoeften tegelijk bevredigen. Ook ondersteunt je kind met het clusteren een optimale melkproductie van jou.
Wanneer clusteren kinderen?
Het clusteren kan op elke leeftijd beginnen, maar veel kinderen beginnen hiermee rond twee weken na de uitgerekende datum. Het clusteren is vaak het meest intens rond zes weken na de uitgerekende datum en wordt minder duidelijk rond drie maanden. Maar sommige kinderen gaan pas clusteren als ze ouder zijn. Dit kan zijn als ze regelmatig van hun moeder gescheiden zijn omdat hun moeder vaker niet thuis is, bijvoorbeeld om te werken of studeren.
Ook als kinderen in een periode van snelle emotionele of motorische ontwikkeling zitten, of als ze bijkomen van een drukke dag, ziekte, vaccinatie of langdurige scheiding van de moeder, kunnen ze behoefte hebben om te clusteren.
Sommige kinderen die de eerste tijd niet in staat zijn geweest om alle voedingen aan de borst te drinken, gaan clusteren als ze alle of bijna alle voedingen aan de borst kunnen drinken. Zo oefenen ze uitgebreid de kaak- en tongbewegingen die nodig zijn om efficiënt aan de borst te drinken.
Het kan ook zijn dat een sprong in de neurologische ontwikkeling ervoor zorgt dat een kind zowel in staat is om goed aan de borst te drinken als vaker en langer wakker te zijn. Dit kan zich in clusteren uiten en kan vermoeiend en onverwachts zijn als zijn moeder gewend was aan een kind dat veel sliep en volgens een min of meer bekend schema moedermelk dronk.
Krampjes of clusteren?
Als een kind wil clusteren, maar zijn moeder dit niet begrijpt of toestaat, kan hij hartverscheurend gaan huilen. Hij is dan, gek genoeg, soms ook aan de borst niet of nauwelijks te troosten. Sommige mensen denken dat een kind dan krampjes heeft. Kenmerkend voor het clusteren is dat een kind steeds op ongeveer hetzelfde tijdstip onrustig is en veel huilt, en dus wil clusteren.
Kinderen clusteren op verschillende tijdstippen. Sommigen ’s nachts en anderen juist ’s ochtends vroeg. Maar veel doen dit aan de einde van de middag of ’s avonds.
Als een kind darmkrampen heeft omdat zijn moeder te veel melk heeft of hij een allergie heeft, zal hij waarschijnlijk aan de einde van of kort na elke voeding huilen, onrustig zijn en/of zijn beentjes steeds optrekken of ermee trappelen.
Clusteren bij veel en weinig melk
Ook als je veel melk hebt, kan het zijn dat je kind wil clusteren. Als je tijdens het clusteren steeds van borst wisselt, kan hij steeds een grote plens melk binnenkrijgen en kan je melkproductie torenhoog worden. Als je veel melk hebt, kan het nuttig zijn om tijdens het clusteren minder vaak of niet, van borst te wisselen. Je geeft dan gedurende een bepaalde periode, bijvoorbeeld een of twee uur, steeds een en dezelfde borst. Na afloop van de periode, wissel je van borst. Dit heet blokvoeden.
Clusteren is dus normaal gedrag van een jong kind. Het is niet per se een teken dat je te weinig melk hebt. Maar als je merkt dat je kind tijdens het clusteren steeds onrustig is en veel zuigt maar weinig slikt of na het clusteren onrustig blijft, kan het zijn dat je melkproductie aan de lage kant is.
In dat geval is het raadzaam om je kind ook op andere momenten van de dag vaker aan te leggen. Het is heel gewoon dat je kind minimaal acht tot tien voedingen per etmaal nodig heeft om voldoende melk binnen te krijgen. Wisselvoeden kan hierbij van nut zijn. Maar ook jij hebt voldoende vocht en voldoende voeding nodig om je melkproductie op peil te brengen of te houden.
Clusteren en pijnlijke tepels
Sommige moeders ervaren, of ze zijn er bang voor, dat hun tepels door het clusteren pijnlijk zullen worden. Als je kind goed is aangelegd, kan hij of zij net zo vaak en lang aan de borst drinken als hij of zij wil.
Als je pijn hebt bij het voeden, is dit een teken dat er iets niet goed is. Kijk dan eens heel goed of het happen en aanleggen echt helemaal goed gaat.
Andere oorzaken van pijnlijke tepels kunnen zijn: het gebruik van een fopspeen of pink, spruw, een te kort tongriempje of het syndroom van Raynaud.
Omgaan met het clusteren
Sommige vrouwen vinden het clusteren onverwacht en zwaar. Misschien helpen deze tips om makkelijker met het clusteren om te gaan. Vaak is het even zoeken naar iets dat op dit moment bij je kind, jezelf en je gezin past.
- Probeer het clusteren als een rustmoment te zien. Ga tijdens het clusteren lekker op de bank zitten: lees een boek of tijdschrift, luister muziek of kijk televisie of een DVD. Sommige vrouwen kunnen tegelijk borstvoeding geven en internetten. Sommige kinderen zijn tijdens hun cluster-uurtjes heel gevoelig voor licht of geluid. Als dit het geval is, dim dan het licht of geluid.
- Als je kind wil clusteren op een tijdstip waarop je moe bent of wilt slapen, ga samen op bed liggen. Zo kan je tijdens het clusteren lezen, rusten of zelfs slapen. Als je hiervoor kiest, is het belangrijk om je kind op een veilige manier bij je in bed te nemen.
- Als je niet kunt zitten of liggen, probeer je kind dan lopend of in een draagdoek aan te leggen. Aanleggen in een draagdoek gaat vaak beter als je kindje een paar weken oud is.
- Als je het clusteren vervelend vindt, probeer je kind dan eerder op de dag vaker aan te leggen. Sommige kinderen clusteren minder lang of intens als ze op andere tijdstippen vaker aan de borst drinken. Je kunt je kind dan voor en na het slapen of gewoon tussendoor extra aanleggen. Er is bij borstvoeding geen minimale tijd tussen de voedingen en ook is er geen regel dat een kind voor het slapen niet aan de borst kan, mag of zou willen drinken.
- Als je kind wil clusteren, maar het tijdstip komt je niet uit? kijk dan eens of je het clusteren kan verschuiven naar een ander tijdstip dat jou beter past. Sommige kinderen die aan de eind van de middag of begin van de avond willen clusteren, hebben daar minder behoefte aan als ze ’s middags al op het verzoek van hun moeder geclusterd hebben. Clusteren op een moment dat jij het wil kun je aanmoedigen door je kind op schoot of in je armen te houden of door met ontblote borsten naast je kind in bed te gaan liggen.
- Als je kind op een tijdstip wil clusteren waarop je iets anders wilt doen, is het misschien een idee om jouw activiteit naar een andere tijdstip te verplaatsten. Zo kan je bijvoorbeeld ’s ochtends groente en aardappels schoonmaken of een ovenschotel voorbereiden en deze alvast in de koelkast zetten.
- Als je ook oudere kinderen in huis hebt, bedenk dan van te voren hoe je hun tijdens het clusteren ook tevreden kunt houden. Sommige moeders hebben een mand met speelgoed die alleen te voorschijn wordt gehaald tijdens het voeden of clusteren. Anderen lezen verhaaltjes voor of laten hun kinderen televisie of een DVD kijken of op de computer spelen. Weer anderen doen de oudere kinderen in bad en gaan daarnaast zitten op een krukje om de jongste te laten clusteren. Je oudere kinderen voor het cluster-uurtje iets te drinken geven, kan hun helpen de tijd door te komen. Een lunchtrommel met gezonde tussendoortjes bij de hand hebben is een andere tip.
- Als je deze periode met je kind zwaar vindt, probeer voor jezelf het leven wat makkelijker te maken. Eet wat vaker een magnetron- of afhaalmaaltijd. Met een salade en wat fruit, kan dit ook een prima optie zijn. Doe alleen het hoognodige in het huishouden of vraag iemand om je een paar weken lang met het schoonmaken, opruimen of de was te helpen. Of vraag een vertrouwd iemand om langs te komen om met je eventuele andere kinderen te spelen of om iets buitenshuis te doen.
De behoeften van je kind zullen in de loop van de weken of maanden veranderen. Dat is normaal. Kinderen groeien en ontwikkelen zich snel, en hun behoeften veranderen continue. Hierdoor kan de manier waarop je met het clusteren omgaat ook veranderen.
Mamahonger
Als je buitenshuis werkt of om een andere reden gescheiden van je kind bent, kan je kind ’s avonds of ’s nachts gaan clusteren. Dit kan zijn omdat hij overdag net niet voldoende melk binnenkrijgt of zijn zuigbehoefte niet voldoende kan bevredigen. Drinkt je kind bij de oppas uit een zuigfles? Kijk dan eens of hij daar een zuigfles met een speen voor pasgeborene baby’s krijgt. Drinken uit een speen met het kleinste gaatje, helpt hem zijn zuigbehoefte beter te bevredigen. Een fopspeen na deze voeding bij de oppas kan hem ook helpen zijn zuigbehoefte te bevredigen.
Maar mogelijk gebruikt je kind het clusteren om zijn portie lichamelijk en sociale contact met jou in te halen. Hij heeft ‘mamahonger’. Als je het clusteren vervelend vindt, kijk dan eens of je je baby meer aandacht en lichaamscontact op een andere manier kan geven.
Kan je ’s ochtends voor je werk met je kind spelen? Kan je naar de oppas of kinderdagverblijf lopen met je kind in de draagdoek? Kan je een of twee keer per werkdag bij je kind langs gaan om hem borstvoeding te geven in plaats van te kolven? Kan je ’s nachts je kind op een veilige manier bij je in bed nemen? Kan je je werkweek anders indelen waardoor je of minder vaak of minder lang per keer van je kind gescheiden bent? Kan je gedeeltelijk ouderschapsverlof opnemen?
Clusteren als mama er niet is
Clusterende kindjes hebben meestal niet alleen behoefte aan moedermelk, maar ook aan troost en lichamelijke nabijheid van de moeder. Clusteren vervangen door een voeding met afgekolfde moedermelk gaat dus niet. Hieronder vind je een aantal tips over het omgaan met het clusteren als je weleens of vaker van je kind gescheiden bent.
- Probeer je werk of andere verplichtingen rond de clusteruurtjes van je kind te plannen. Waarschijnlijk geeft dit het minst stress bij jullie beiden.
- Probeer het tijdstip van het clusteren te ‘verschuiven’ naar een tijdstip waarop je wel bij je kind bent. Sommige kinderen doen dit vanzelf als ze steeds een deel van de etmaal van hun moeder gescheiden zijn.
- Kijk of het mogelijk is om je kind mee te nemen of vraag de oppas om je kind bij je langs te brengen als hij wil clusteren.
- Vraag de oppas om met je kind een wandeling te maken. Sommige kinderen zijn dan liever in een draagdoek, anderen in een wandelwagen. Het kan nuttig zijn om een wat langere wandeling te plannen en om deze te beginnen voordat je kindje normaal gesproken met het clusteren begint.
- Vraag de oppas om steeds kleine hoeveelheden moedermelk aan te bieden. Vaak is 20 ml tot 50 ml per keer voldoende. Je kunt de melk meenemen in een bewaarfles, en steeds een beetje overgieten in een zuigfles of beker. Als je kind de gekolfde moedermelk graag warm drinkt, vraag de oppas om kleine hoeveelheden te verwarmen. Dit is in verband met de houdbaarheid van gekolfde moedermelk die is afgekoeld en weer opgewarmd.
- Vraag de oppas om je kindje in bad te doen of om te masseren. Soms leidt dit een kind van het clusteren af, maar hij zal hierna waarschijnlijk honger hebben.
- Sommige kinderen vinden huid-op-huid contact met papa of een ander vertrouwd persoon prettig.
- Vraag de oppas om een fopspeen of pink aan te bieden. Wees wel bewust dat dit bij zowel jonge als oudere kindjes problemen bij de borstvoeding kan geven!
Leg eventueel aan de oppas uit dat het clusteren volkomen normaal gedrag is en dat het past in het ontwikkeling van jonge kinderen. Het is geen teken dat je je kind hebt verwend, dat je je kind niet goed opvoed, dat je melk van slechte kwaliteit is of dat je te weinig melk hebt. Vertel hen ook dat het clusteren altijd vanzelf overgaat als een kind wat ouder wordt.
Meer lezen
- Je bent net geboren, en dan…?
- Huid, hersenen en hormonen
- Wisselvoeden
- Zuigbehoefte, fopspeen, pink en duim
- Regeldagen
- Je baby aanleggen en succesvol borstvoeding geven
- Het Nieuwe Borstvoeding Boek, Stefan Kleintjes, lactatiekundige Groningen-Bedum & Gonneke van Veldhuizen-Staas, lactatiekundige.
- Eten voor de Kleintjes, kleintjes van 0-4 leren zelf eten, Stefan Kleintjes, kinderdiëtist en lactatiekundige Groningen Bedum; 10e druk september 2019
- Bestel hier je boeken bij Kenniscentrum Borstvoeding