Voedselallergie bij de borstgevoede baby

Nog niet elke zorgverlener is er van overtuigd dat een kind via moedermelk allergisch kan reageren op een allergeen uit het voedsel van zijn moeder. Maar dat kan zeker.

Een allergie is een overdreven afweerreactie van het lichaam op normale (veilige) stoffen. Het lichaam plakt het verkeerde label op (voornamelijk) eiwitten. Het lichaam herkent ze niet als voedingsstof maar labelt ze als ziekmakende indringers en gaat ze te lijf met het afweersysteem.

De eiwitten in moedermelk zijn lichaamseigen eiwitten en daarop reageert het afweersysteem van het kind niet allergisch op. Soms zitten er echter in deze moedermelk ook lichaamsvreemde eiwitten.
Normaalgesproken worden eiwitten eerst afgebroken tot aminozuren. Die aminozuren kunnen door de darmwand heen en opgenomen worden in bloed. Het lichaam labelt deze aminozuren als lichaamseigen. Nog niet afgebroken eiwitten blijven in de darm. Heel soms filtert de darmwand minder zorgvuldig. Dan kunnen er tóch grotere eiwitdeeltjes in de bloedbaan terecht komen. Die eiwitdeeltjes worden dan als lichaamsvreemd gelabeld en kunnen ook in de melk terecht komen. Op deze eiwitdeeltjes kan het kind allergisch reageren.

Dat de darm van de moeder niet goed filtert kan komen doordat de moeder bijvoorbeeld een aangeboren darmziekte heeft, zelfs allergisch is of (laaggradige) ontstekingen heeft.

Als er de verdenking is dat de baby reageert op allergenen uit het dieet van de moeder kan de moeder beginnen met een voedseldagboek bij te houden. Ze houdt bij wat ze eet en hoe de baby daar op reageert. Daarna of daarnaast kan ze een hypo-allergeen dieet gaan volgen. Ze laat dan één (vaak koemelk) of meer (soja en ei) voedselgroepen uit haar dieet.

Als dat niet of niet voldoende helpt voor de baby kunnen er nog meer voedselgroepen weg gelaten worden of er kan gewerkt worden aan het verbeteren van de conditie van de darm van de moeder.
Als er enkele weken een dieet gevolgd wordt met het weglaten van een beperkt aantal voedselgroepen zal de moeder niet direct tekorten oplopen. Maar als het dieet uitgebreider wordt of langere tijd gevolgd moet worden dan is het aan te raden advies te vragen aan een goede borstvoeding-minded diëtist.

Onder begeleiding van een diëtist kan er bijvoorbeeld een streng eliminatiedieet gevolgd worden. De moeder eet dan slechts een heel beperkt aantal basis voedingsmiddelen. Als het kind dan symptoomvrij is ga je één voor één weer voedingsmiddelen toevoegen. Als er na toevoeging na twee dagen geen symptomen zijn dan kan het volgende voedingsmiddel toegevoegd worden.

Als er wel een reactie optreedt dan laat je het voedingsmiddel weer weg en wacht je weer tot de symptomen bij het kind weg zijn. Dan introduceer je weer een ander middel.
Een eliminatiedieet en het herintroduceren van de verschillende voedingsmiddelen is maatwerk. Doe dit nooit aan de hand van een algemeen lijstje maar altijd in overleg met een deskundige professional.

Wanneer introductie van vast voedsel

De WHO adviseert om zes maanden exclusief borstvoeding te geven en daarna vast voedsel te introduceren waarbij de moedermelk het hoofdvoedsel blijft. Stefan Kleintjes heeft een leuk boek geschreven over het introduceren van vast voedsel via de Kleintjes Methode. Sinds 2020 is er ook een leuk kookboek met recepten voor deze methode verkrijgbaar. Beide boeken zijn verkrijgbaar onze webshop.

En hoe zit het dan met de introductie van pinda’s? Dat moet toch eerder?

Het zogenaamde “rijpen” van de darmen van de baby duurt ongeveer 6 maanden. Dat steekt natuurlijk niet op één dag. Lichamelijke processen nemen de tijd die ze nodig hebben, dat kan de ene keer een weekje korter en de andere keer twee weekjes langer zijn. Maar nooit is de darmrijping al afgerond met 3½ of 4 maanden.
Het is wel aangetoond dat er minder pinda-allergieën voorkomen als je voor het eerste levensjaar al zorgt voor de introductie dit allergeen. Er wordt in het onderzoek gesproken van een periode tussen 4 en 12 maanden en dus niet zoals het in veel gevallen vertaald is dat precies vanaf 4 maanden zou moeten.

Het is lastig dat er onderzoeken zijn die elkaar tegen lijken te spreken en dat er beleid gemaakt wordt op een uitkomst van een onderzoek terwijl er onderaan datzelfde onderzoek staat dat er nog meer onderzoek nodig is om stelling te nemen.
Vooralsnog lijkt er geen dringende reden om af te wijken van het advies van de WHO om zes maanden exclusief borstvoeding te geven voordat begonnen wordt met de introductie van vast voedsel. Op deze manier is je kindje het beste beschermd tegen het ontstaan van allergieën. En als je kindje dan toch een allergie ontwikkelt schakel dan deskundige hulp in die borstvoedings-minded is.

In 2019 is er in het OLVG in Amsterdam een onderzoek gestart naar de relatie tussen voeding van de moeder, de samenstelling van borstvoeding en allergie baby.
Zij stellen dat borstvoeding is van grote invloed op het microbioom in de darm van de baby. Dit microbioom speelt een hoofdrol bij het ontwikkelen van een gezond immuunsysteem van zuigelingen en bij de preventie van allergie. We kijken uit naar de resultaten van dit onderzoek.

 

Prevention of Food Allergy: The Significance of Early Introduction , 2019 https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/31261990/

Allergisch Eten, www.eurolac.net, 2015

Richtlijn voedselgevoeligheid, Nederlands Centrum Jeeugdgezondheid, 2014 https://www.ncj.nl/richtlijnen/alle-richtlijnen/richtlijn/?richtlijn=3&rlpag=494

WHO, Guiding Principles for complementary feeding on the Breastfed Child, 2001
https://www.who.int/nutrition/publications/guiding_principles_compfeeding_breastfed.pdf

LaLecheLeagueInternational, Peanut Allergy, 2018
https://www.llli.org/peanut-allergy-2/

Hier uw advertentie?

Neem vrijblijvend contact met ons op voor de mogelijkheden