Heel lang wist ik zeker dat ik nog een derde kindje wilde. Maar niet met mijn ex. Maar de tijd verstreek en in de zomer besloot ik dat mijn gezin met twee grotere kinderen ook compleet was. We konden nu best doen wat we wilden en hoefden niet meer de hele tijd met ze in de weer te zijn. Natuurlijk bleek ik na de vakantie zwanger te zijn. Hoewel we eerst wat schrokken waren wij heel erg blij. Het blijft toch een cadeautje, ook als je er niet ‘voor gaat’.
Na een vrij probleemloze zwangerschap, een ‘makkelijke’ keizersnede waar ik snel van herstelde en een heel relaxte kraamweek dacht ik dat ik alles wel weer op poten kon zetten. Begon het huishouden weer over te nemen en de boodschappen. Maar de week na de kraamweek wilde onze baby niet meer slapen, vooral overdag niet. Hij bleef maar huilen, gillen, krijsen. Krampjes. Van drankjes tot massage, alles heb ik geprobeerd en uiteindelijk werd het minder. Na twee rustige dagen in de vijfde week sliep hij ineens ’s avonds niet meer. Twee nachten lang de hele nacht wakker, slapen op de bank zodat m’n vriend wel kon slapen. De huilbuien die in week drie al kwamen werden alleen maar meer en meer en meer, vanuit het niets in de supermarkt als iemand een lollige opmerking maakte dat hij huilde, of wilde eten, of een vieze broek had. Maar ook midden in de nacht werd ik gewoon snikkend wakker. Ik droomde dat ik m’n kinderen overal maar achter liet of dat ze weggehaald werden omdat ik zo’n slechte moeder was. Zwanger zijn was makkelijk, bevallen wat moeilijker, de borstvoeding liep geweldig, maar ik zat er helemaal door heen.
En toen, ineens, ergens tijdens een wandeling, waarbij er wel geslapen werd, ik heb veel afgewandeld de eerste weken, begon het me duidelijk te worden, ja hij huilde veel, absoluut en ’s nachts ook, maar dat ging beter met inbakeren. Waar had ik nu zo’n last van.
Mijn vorige relatie was zwaar, in vele opzichten, mijn ex bepaalde veel, zoals dat ik niet met een huilende baby beneden mocht zitten, de tweede huilde ook veel, hij bepaalde wat ik wel en niet mocht dragen en ga zo maar door. En daar zag ik mezelf weer zitten, dit keer werd door de baby gedicteerd wat ik wel en niet kon doen, kon eten, waar ik naar toe kon en wat ik aan kon. Niet echt natuurlijk maar zo voelde het wel. Daarbij voelde ik me schuldig, elke keer als ik mijn jongste oppakte voelde ik me schuldig dat ik dat bij de middelste niet had gedaan.
En zo voelde ik me in no time richting een depressie hollen, die ik vijf jaar lang kunstig had ontweken. Na die wandeling heb ik me voorgenomen te genieten van alle keren dat de jongste lacht en knuffelt, dat de borstvoeding goed loopt, dat ik een fijne relatie heb, dat de oudste twee niets te kort komen, vrij zijn in hun doen en laten en nu meer dan genoeg aandacht krijgen. Dat ik straks gewoon mijn eigen kleren weer pas. En zo hobbel ik voort, nog steeds stromen er met regelmaat tranen als er niet geslapen wordt, als er geruzied wordt, als er brutaal gedaan wordt, of als ik de hele dag weer alleen thuis zit.
Maar dat heeft iedereen!
Janneke