
In maart 2011 waren papa en mama voor het eerst bij de verloskundige voor een intakegesprek en echo. Vanaf vijf februari wisten we dat mama zwanger was van jou. Vanaf maart volgden dus de controles bij de verloskundige. Een van de vele vragen die tijdens het intakegesprek werden gesteld was of ik van plan was om borstvoeding te gaan geven. Ik beantwoordde deze vraag als volgt: Ik ga het proberen, maar als het niet lukt zullen we flesvoeding gaan geven. Papa en ik zijn allebei groot geworden met de fles. Beide oma’s hebben geen ervaring met borstvoeding en ook had ik me nog nooit verdiept in het onderwerp. De verloskundige gaf ons wat informatie mee over borstvoeding en daarmee was de eerste stap gezet. Zoals gezegd gaf ik aan best te willen starten met borstvoeding, maar kolven, dat zou ik absoluut niet gaan doen! Zes weken borstvoeding zou de max zijn.
Bij thuiskomst ben ik de folders gaan lezen. De vele voordelen van borstvoeding spreken ons uiteraard aan, maar nog steeds zou de fles een mooi alternatief zijn. Toch was ik getriggerd om meer informatie te zoeken over borstvoeding. De site van het Kenniscentrum Borstvoeding met de vele columns en achtergrondinformatie zette me aan het denken.

Een aantal weken later kon alle verworven kennis in praktijk worden gebracht. Op 21 oktober 2011 ben je geboren na een bevalling van bijna twintig uur. Een van de vele tips die worden gegeven voor een goede start van de borstvoeding is dat baby’s binnen het uur moeten worden aangelegd. Jij was na vier minuten al aan de borst, maar echt effectief drinken was dat natuurlijk nog niet. De eerste nacht hebben jij en mama samen in het ziekenhuis doorgebracht, waar we ’s nachts door een kraamverzorgende van het ziekenhuis zijn geholpen met het voeden. Helaas was deze hulp niet optimaal, want bij thuiskomst constateerde onze eigen kraamverzorgster een kloofje? Gelukkig is het dankzij de hulp van Carolien, de kraamverzorgster, en je eigen goede haptechniek dat je thuis steeds goed hebt gedronken en is het bij dit ene kloofje gebleven. Toch bleek op de tweede dag dat je toch wel acht procent van je geboortegewicht was afgevallen en zag je behoorlijk geel.
De verloskundige stuurde ons naar het ziekenhuis om je te laten prikken om het bilirubinegehalte te laten bepalen. Helaas bleek dat deze waarde wat hoog was en dus moest je een nachtje in het ziekenhuis onder een lamp slapen. Aan papa en mama werd de keuze gelaten; bij jou blijven in het ziekenhuis of samen naar huis. We kozen met pijn in het hart voor de tweede keuze. Een keuze waarvan ik nu nog steeds wel eens nare gevoelens krijg. Deze keuze zorgde er echter wel voor dat Carolien bij ons mocht blijven. Omdat jij dus in het ziekenhuis bleef, moest er wel een kolf mee naar huis om de borstvoeding goed op gang te krijgen. Zodoende zat mama ’s nachts en de volgende ochtend vroeg te kolven, voordat we je weer gingen ophalen. Want gelukkig hoefde je maar één nachtje in het ziekenhuis te blijven.
Bij thuiskomst hebben we op advies van Carolien je minimaal elke drie uur de borst aangeboden en hebben we je in onze warme slaapkamer in het felle zonlicht gekleed in alleen een luier laten slapen. Hierdoor hebben we zelf fototherapie toegepast en door het vele drinken kon je snel alle meconium en je gele kleur kwijtraken. Overdag heb je echter wel vaker dan één keer per drie uur gedronken, dit mocht je zo vaak je wilde, maar ’s nachts hebben we je na iedere drie uur wakker gemaakt om te drinken. Wat ik nu weet is dat het veelvuldig drinken tijdens de eerste dagen van je leven ervoor heeft gezorgd dat je nu nog steeds genoeg hebt om te drinken!
In de dagen die volgden ging het voeden steeds gemakkelijker. Verschillende houdingen, met of zonder voedingskussen, zittend of liggend werden uitgeprobeerd. Ook voeden waar de visite bij was. Het ging allemaal hartstikke goed. Zo goed zelfs, dat je binnen een week weer boven geboortegewicht was! Na de achtste dag kwam Carolien niet meer bij ons. Vanaf toen moesten we het met z’n drietjes gaan doen. Ondanks dat mama jou in het begin van je leven alle voedingen zelf heeft gegeven, kon papa wel degelijk veel doen! Luiers verschonen, jou in badje doen, met jou knuffelen. Allemaal belangrijke onderdelen van de opvoeding.
Toen je ruim twee weken was, heeft een verpleegkundige van het consultatiebureau je thuis gewogen. Wederom bleek dat je goed groeide. Verder had je goede plasluiers en ook de poepluiers hadden een goede kleur en frequentie. Omdat je zo vaak mocht drinken als je wilde, zei de verpleegkundige dat ze geen tips voor ons had. Ze vond ons een goed team zo met z’n drietjes! Wel gaf ze de optie om op donderdagen zo vaak we wilden naar het consultatiebureau te komen, om je te wegen. Zo zouden we kunnen zien of je goed bleef groeien. En dat hebben we gedaan in de weken die volgden. Want ondanks dat we zo goed waren gestart, kwam toch het faalangst-monster van mama om de hoek kijken.

Drie weken na je geboorte ging papa weer aan het werk. De nachten zorgden we nog steeds samen voor jou, maar overdag moest mama het alleen gaan doen. Uitgezonderd van de weekenden en donderdag-papadag uiteraard. Tijdens de weken dat mama nog verlof had (tien weken betaald verlof na de bevalling plus vier weken onbetaald verlof er achteraan) zijn we regelmatig met z’n tweetjes richting opa en oma en tante gelopen. Daar kreeg mama hulp op de momenten dat jij wakker was, zodat mama lekker kon gaan slapen. Ook bij opa en oma thuis heeft mama regelmatig een potje zitten huilen, omdat ik nog steeds het idee had dat er iets niet goed ging. Ik heb zelfs op het punt gestaan om te stoppen met de borstvoeding. Maar ergens gedurende de eerste weken van je leven ben ik ervan overtuigd geraakt dat borstvoeding het beste is wat ik je kan bieden en dus ging ik door met voeden, ondanks de vele huilbuien van mijn en jouw kant.

Veertien weken na de bevalling moest ik weer werken. Drie dagen van negen uur. Op die dagen ga je twee keer een ochtend naar het kinderdagverblijf en twee keer een middag naar opa en oma. De dag die overblijft is papadag. Mijn eerste twee werkweken ben ik nog halve dagen gaan werken. De middagen die jij bij opa, oma of papa was, heb ik gebruikt om een beetje bij te tanken.
De eerste week terug op de werkvloer was uiteraard even wennen. Er waren veel veranderingen doorgevoerd waaraan ik moest wennen en ook moest het kolven nog ingepast worden op de toch al drukke werkdagen. In eerste instantie kolfde ik enkelzijdig, maar toen de productie daalde, heb ik besloten om een dubbelzijdige elektrische kolf te gaan huren. Toen bleek dat dit veel beter en tevens sneller ging heb ik na twee maanden kolven, je was ondertussen ruim vijf maanden een dubbelzijdige elektrische kolf aan geschaft. Ook Het Nieuwe Borstvoeding Boek heb ik toen gekocht. Deze twee aankopen had ik veel eerder moeten doen! De productie was snel weer op peil door het drie keer per werkdag dubbelzijdig kolven en daarnaast voeden op verzoek. En het boek gaf antwoord op alle vragen die ik ooit had en zorgde voor een heleboel a-ha momenten!
Nu ben je ruim acht maanden. Naast de groente- en fruithapjes, broodjes en crackers die je eet, krijg je nog regelmatig de borst. Mede dankzij het boek Eten voor de kleintjes, wederom van Stefan Kleintjes, is het tot nu toe goed gelukt om naast de introductie van vast voedsel de borstvoeding op peil te houden. Je drinkt ongeveer zes keer per 24 uur bij mij, waarvan één of soms twee voedingen tussen 00.00 en 07.00 uur. Deze nachtvoedingen worden door buitenstaanders als zwaar gezien. Ik vind ze echter helemaal geen straf. Zodra je wakker bent, haalt papa jou uit je bedje en legt hij jou bij mij in bed. Liggend op mijn zij lig jij ook op je zij te drinken totdat je buikje vol is en je weer tevreden in slaap valt. Papa legt je dan weer terug in je bedje en vaak lig ik alweer te slapen voordat papa terug in bed stapt. Zo is maar weer eens duidelijk dat papa onmisbaar is! Sinds twee maanden is het voor papa iets moeilijker geworden om ons ’s nachts te helpen. De eerste zes maanden van je leven sliep je bij papa en mama op de kamer. Echter ben je daarna op je eigen slaapkamer gelegd, omdat je wakker werd van papa’s gesnurk.

Naast onze momenten samen heeft het borstvoeden mij nog veel andere mooie momenten opgeleverd. Doordat ik nu een voedende mama ben, heb ik vele mooie gesprekken gevoerd met mama’s die ook hun kindje aan de borst hebben. Met vriendinnen, met collega’s, of in de kleedkamer van het zwembad na het babyzwemmen. En ik hoop dat er nog vele gesprekken gaan komen met mama’s die ik nu nog niet ken. In oktober ga ik beginnen met de opleiding tot contactpersoon bij de VBN. Ik hoop dat ik in de toekomst net zulke inspirerende avonden zal organiseren als Anneke Kuijpers en dat ik mede door het vertellen van mijn / ons verhaal andere toekomstige ouders kan motiveren om te beginnen met het geven van borstvoeding. Want ondanks de hobbelige start die we hebben gehad kan ik me nu geen dag zonder borstvoeding meer voorstellen en hoop ik dat er nog vele mooie maanden zullen volgen waarin jij bij mij drinkt.
Lang leve de tiet!