De eerste keer: een kindje, moeder en borstvoeding [1]

Deel1-1.jpgIn 2012 was ik voor het eerst zwanger. Ik had een fijne zwangerschap: weinig kwaaltjes en genoeg energie om te werken en te genieten van het zwanger zijn. Tijdens mijn verlof las ik over bevallen en volgde ik een cursus ‘borstvoeding geven’. Gedurende twee uurtjes hoorde ik van alles over borstvoeding, maar leek het erg een ‘ver van mijn bed show’. Mijn voornemen was dat ik wilde proberen borstvoeding te geven, net als mijn moeder, zus en vriendinnen, maar mijn houding was vooral ‘ik zie wel of het lukt’.
Na een heftige ziekenhuisbevalling werd mijn flinke dochter van acht pond geboren. In mijn geboorteplan had ik geschreven dat ik haar het eerste uur op me wilde hebben liggen, want dat huid-op-huid contact zou zo belangrijk zijn, en ik had begrepen dat het dan ook goed was gelijk de borst aan te bieden.
Ik had gelezen dat dat zo’n mooi moment zou zijn. Maar o wat was die bevalling ellendig. Toen mijn dochter op mijn borst werd gelegd dacht ik alleen maar ‘het is voorbij!’ en niet ‘wat is ze mooi, leuk, lief.’

Ik was kapot na die bevalling en voelde me van het padje. Gelukkig had ik een duidelijk plan op papier, want echt aanspreekbaar was ik niet meer, en ik vraag me af of ik mijn dochter op de eerste plek gezet zou hebben… Gelukkig volgde mijn man en de verpleging het geboorteplan en werd mijn dochter dus op mijn borst gelegd. Ze hapte daar direct goed aan en lag rustig te drinken, maar nadat ze drie kwartier op me had gelegen vond ik het echt genoeg. Wat was ik moe, wat was ze zwaar op die pijnlijke buik… Niet echt een roze wolk dus.
Eigenlijk moest ik heel de kraamweek vooral bijkomen, ik had overal pijn, en was zo moe… En dan die krampen tijdens het voeden… Gelukkig startten we met een kraamverzorgster die van aanpakken wist, die het tegen mensen zei als ze te lang bleven, die mij vertroetelde en me mijn ruimte en rust gaf. Ze hielp met de borstvoeding, want de vraag ‘heeft ze nou echt goed gehapt?’ stelden mijn man en ik vaak. Soms had ik het gevoel te weinig melk te hebben, bijvoorbeeld ’s nachts in de kraamweek.

Mijn dochtertje bleef om drinken vragen. Op één nacht is mijn man ook twee uur met haar gaan zitten knuffelen, dan was ze tevreden, en sliep ik, omdat ik het idee dat na een enkel uurtje slaap weer wat melk te hebben. Wat waren die eerste weken intens: weinig slaap, veel borstvoeding (ik denk wel elke anderhalf uur) en veel dragen. Mijn dochter bleek een echt borstvoeding-talent, ze hapte heel goed aan, kwam keurig aan in gewicht, en mijn lichaam deed het ook goed: geen borstontsteking, kloofje of over- of onderproductie. Mijn dochter en ik wenden ook aan elkaar, ik leerde haar kennen, en vond haar zo mooi en lief. Direct na haar geboorte werd ik dus niet op een roze wolk gelanceerd, maar langzaamaan ging ik wel steeds meer zweven. En toen was het weer tijd te gaan werken.

Marleen

ps. in de komende weken verschijnen deel 2, 3 en 4.