Noah werd geboren op 21 april om 11.02, na een lange bevalling. Ik heb pethadine gekregen en weeën opwekkers, waardoor ik ging spugen, veel pijn had en uiteindelijk helemaal van de wereld raakte.
Ik wilde graag rustig thuis bevallen, op een zo natuurlijk mogelijke manier. Maar ik had me ook ingesteld op een ziekenhuis bezoek, zodat ik niet teleurgesteld zou zijn. Uiteindelijk werd ik door de persweeën weer ‘wakker’ en heb ik Noah helemaal zelf ter wereld gebracht, wat was ik trots!
Voor alle moeders die worstelen met de borstvoeding: ook al gaat de start niet makkelijk, ook al duurt het weken, geef niet op als je graag borstvoeding wil geven want het kan gewoon nog helemaal goed komen!
Al van jongs af aan wist ik dat ik ooit graag kinderen zou willen. En dat ik die borstvoeding wilde geven. In de puberteit kreeg ik nogal grote borsten. Ik ben niet mager dus het was niet heel erg uit verhouding, maar cup maat 75 G/H was vrij lastig te krijgen… Bovendien kreeg ik last van mijn rug. Een borstverkleining zei de huisarts. Maar ze konden me niet garanderen dat ik dan ooit nog borstvoeding zou kunnen geven, dus deed ik het niet. Want ik wilde dat in elk geval niet op het spel zetten, als ik dan kinderen kreeg, wilde ik ze ook moedermelk kunnen geven!
Maar Noah wilde niet aan de borst. Ik had me er goed in verdiept, boeken gekocht, we hadden een informatieavond bezocht. Ik hoorde steeds vaker om mij heen dat borstvoeding ‘niet lukte’ en dat risico wilde ik beperken. Ik had helemaal in mijn hoofd hoe het zou gaan, had filmpjes gezien van kindjes die zo mooi zelf op zoek gaan naar de borst, het in een bevallingsplan geschreven want dat wilde ik ook!
Maar Noah deed dat niet. Hij was veel te suf van de bevalling, en ik ook… De verpleging in het ziekenhuis kwam dus direct met een tepelhoedje aan. Ik zei resoluut dat ik dat niet wilde, ik wilde het eerst gewoon op de natuurlijke manier een kans geven. Toch begin je meteen te twijfelen als het niet lukt. Net bevallen, zo ongeveer 72 uur wakker geweest, was ik niet in opperste concentratie en liet ik het allemaal ‘een beetje gebeuren’. Dus hup, Noah werd aan de borst geduwd. Tepel erin gevouwen, nee, hij wilde niet. Ik had ingetrokken tepels werd gezegd, en er moest nu wel iets gebeuren want hij moest toch echt drinken voor ik het ziekenhuis uit mocht! En ik was net zo blij dat ik voor elkaar had gekregen dat we, tegen het advies in, naar huis mochten!
Ik voelde een lichte paniek. Ik vroeg of de lactatiekundige kon komen, daar had ik de informatieavond van gevolgd, zij zou wel raad weten. Ze werkte voor het ziekenhuis, was zij niet in de buurt? Helaas, niet op zaterdag. Gelukkig was mijn eigen verloskundige inmiddels met de volgende bevalling in het ziekenhuis bezig, en zij kwam even kijken. Zij stuurde iedereen de kamer uit behalve mijn man Maarten, en gaf me weer wat vertrouwen. Maarten probeerde mijn tepel wat naar buiten te zuigen, maar ook dit was zonder succes. Gelukkig kreeg mijn verloskundige met de hand wat colostrum uit mijn borst, en gaf dat aan Noah op een lepeltje. Het was niet veel, maar later begreep ik dat ze verpleging had verteld dat hij genoeg gedronken had. Hulde voor haar, Noah had wat binnen, ik wist dat er wat in mijn borsten zat en we mochten om 16 uur naar huis! Om 15.30 zat ik klaar, ik was het ziekenhuis zat. Ik wilde rustig naar huis, op mijn eigen manier met Noah kennis maken en hem rustig de borst aanbieden.
Om 17 uur waren we goed en wel thuis, en om 19 uur zou de kraamzorg komen. Ik had er toen wel weer vertrouwen in. Ik wist dat Noah niet meteen grote hoeveelheden nodig had, dat de colostrum heel voedzaam was en dat slapen (want dat deed hij) ook belangrijk was. Ik at wat, voelde me stukken beter en was super gelukkig met ons kleine mannetje!
De kraamzorg arriveerde. Eigenlijk had ik er meteen geen goed gevoel bij. Ik wilde gewoon niet de hele tijd iemand die zich er mee bemoeide. Maar ik vond dat ik niet al te eigenwijs mocht zijn, ze was er ook om me te helpen. Ze vertelde heel blij dat ze nooit op gaf met borstvoeding, en dat ze Noah die avond ‘wel eens even aan de borst zou krijgen’. Hij werd er tegenaan geduwd, huilde, wilde niet. Ik wist dat dit niet de manier was, maar wist het op dat moment even niet te zeggen. Misschien had ze toch gelijk? Ze was zo overtuigd, misschien had ik het wel fout? Ik moest van haar toch een tepelhoedje proberen, en meteen gaan kolven. Mijn moeder is om 22 uur ’s avonds nog naar het ziekenhuis terug gegaan om tepelhoedjes te halen en een kolf te huren. Maar het stond me allemaal zo tegen en ik was zo gespannen, dat kolven werd helemaal niks.
Ondertussen probeerde ik wel met de hand te kolven, dat ging redelijk en elke druppel die er uit kwam verdween op een lepeltje in Noah. Zondag kwam de kraamzorg vroeg. Ze maakte zich zorgen. Noah was wat suf, hij dronk nog steeds niet, en begon geel te zien. Hij werd weer aan de borst gedrukt, huilde hard en tegen de middag begon hij al te huilen als hij bij de borst in de buurt kwam. Ze wilde dat ik ging bijvoeren. Maar dat wilde ik absoluut niet! Het was zondag, dat zou betekenen dat ik niet eens biologische voeding zou kunnen halen. Mijn verloskundige kwam voor controle. Zij durfde het wel aan om nog een dag te wachten met bijvoeren. Gelukkig, de druk was er af, ik ontspande. Maar Noah begon ondertussen nog geler te zien, en ’s avonds raakte was ik zo van slag door het feit dat ik mijn kind geen eten kon geven, wat hij duidelijk wel nodig had.
De kraamzorg had een sonde mee en Noah dronk uiteindelijk via de vingersonde wat kunst-bijvoeding. Je zag dat hij er van opknapte, en ik weet nog heel goed dat ik in de badkamer stond en dacht; nu snap ik mensen die ‘opgeven’Â en overgaan op de fles. Waarom ga ik niet gewoon de fles geven? Het voelde zo goed om hem eten te kunnen geven. Maar ik wist dat ik dat diep van binnen niet wilde en dus moest volhouden.
Maandag ochtend om 8 uur belde ik direct Erica, de lactatiekundige. Zij kon de volgende dag komen. Ik vertelde haar aan de telefoon dat het kolven niet lukte, ze zei dat dit normaal was met colostrum. Stop er maar mee met kolven, en blijf Noah de borst aanbieden. Veel huid op huid contact, bij me laten slapen, maar dat deed ik al. Maandag nacht probeerde ik het weer. Rustig, Noah naast me in bed, met een tepelhoedje. Hij dronk!!! Ik was zo gelukkig. Ik ben de hele nacht alleen maar bezig geweest met voeden. Maar dat kon me niet schelen, ik dacht het is opgelost, ik ben er. Vol trots vertelde ik het de kraamverzorgster de volgende ochtend. Maar Noah was erg veel afgevallen constateerde ze, en hij was nog geler. Ze belde de verloskundige, want ze wilde het bilirubine gehalte laten prikken. Inmiddels kwam Erica. Ook zij probeerde Noah aan te leggen, zonder succes. Hij dronk niet goed met het tepelhoedje, en zonder lukte helemaal niet. Ze pakte de kolf. Alleen al door haar aanwezigheid, ontspande ik kennelijk, want er kwam meteen 90 cc uit! Heerlijk, om Noah eindelijk echt wat borstvoeding te kunnen geven. Maar Erica vond dat hij met de sonde ook nog te langzaam dronk, dus adviseerde ze toch een flesje te geven. Hij dronk de 90 cc zowat in een keer op, honger! Het nieuwe plan; kolven om de productie op gang te brengen, zoveel mogelijk aanleggen, huid op huid contact etc. en een tepelhoedje kopen, maat M. Een lastige periode van kolven, aanleggen zonder succes, af en toe drinken met het tepelhoedje maar nog heel veel moeten bijvoeren brak aan. Soms had ik niet genoeg (met name ’s nachts) en moest ik kunstvoeding bijgeven. Met pijn in mijn hart en vaak ook tranen, maar ik wist ook dat ik er niet te veel over in moest zitten, stress deed mijn productie enorm kelderen. Ik merkte dat als Noah gedronken had, de kolfsessie daarna veel meer opleverde. Maar hij werd inmiddels al woest bij het ruiken van de borst, dus soms lukte het me hele dagen niet hem überhaupt aan te leggen.
De tijd ging voorbij, ik vond een beetje een ritme en begon langzaam te overwegen om te stoppen met aanleggen en gewoon te blijven kolven en de fles te geven. Erica kwam nog een aantal keer langs, we belden nog een paar keer maar ook zij kon mij niet echt verder helpen. Ik heb twee keer geprobeerd te stoppen met de fles, en Noah 12 uur lang aangelegd wanneer hij maar wilde, in de hoop dat hij zou snappen dat hij het met de borst moest doen. De eerste uren gingen dan goed, maar naarmate de dag vorderde kwam hij steeds vaker tot hij alleen nog maar bij me lag te drinken/slapen/drinken/slapen. Hij kreeg gewoon niet genoeg binnen.
Er waren dagen dat ik het helemaal niet meer zag zitten, me ontzettend afgewezen voelde doordat Noah niet bij me wilde drinken en jaloers was op vriendinnen waarbij het wel gewoon lukte. Maar langzaam maar zeker voelde ik me wat zekerder worden als moeder en ging ik meer signalen herkennen, en er vielen dingen op. Hierdoor kon ik gerichter gaan zoeken (met name op internet) wat er nou precies was. Op een dag was ik het zo zat, het moest me gewoon lukken, dat ik besloot alles wat ik kon vinden te proberen en te bestellen. Ik kreeg vaak wat witte tepels, hierover vond ik een reactie van een lactatiekundige op een site dat het wel eens zou kunnen komen door een te klein tepelhoedje. Daarnaast vond ik een stuk over zuigverwarring. Die twee verhalen waren heel herkenbaar, dus heb ik direct Erica gemaild. Erica mailde terug dat ik bij haar in het ziekenhuis een tepelhoedje maat L kon komen halen en een speciale fles. Ze wist niet of het zou helpen maar ik kon het altijd proberen.
In het stuk over zuigverwarring van LLL las ik over slapend aanleggen, aanmoedigen en veel zeggen dat hij het goed doet. Dus de eerste keer met het nieuwe tepelhoedje heb ik Noah aangelegd toen hij de eerste tekenen van wakker worden vertoonde en gaf ik eindeloos veel complimentjes over hoe goed hij het deed. Wow! Wat een verschil. Noah dronk en zo goed had hij nog nooit gedronken! Knelde het tepelhoedje mijn tepel dan gewoon af? Was dat het hele euvel? Na een tijdje dronk Noah alle voedingen uit de borst. Met een tepelhoedje, dat wel, maar het ging. Een vriendin had haar dochter negen maanden lang gevoed met tepelhoedje dus daar legde ik me gewoon meteen bij neer.
De twee weken die volgden waren wennen, maar heerlijk omdat ik niet meer hoefde te kolven. Toch kwam Noah niet echt lekker in een drink ritme. Hij kwam heel vaak, sliep kort en af en toe was het drinken nog steeds strijd. Met name als ik hem zonder tepelhoedje probeerde aan te leggen was het huilen, maar als hij dan goed hapte dronk hij wel beter. Na twee weken besloot ik dat ik het tepelhoedje kwijt wilde, ik bleef het idee houden dat hij daarmee niet goed genoeg dronk. Ik probeerde weer dezelfde truc, slapend aanleggen en heel veel bevestigen en complimentjes geven en dat werkte. Na twee dagen dronk meneer zonder tepelhoedje! Wat was ik trots op hem. Ik had er een week voor uit getrokken, maar na twee dagen was het gewoon gelukt. Maar helemaal waren we er nog niet. Doordat Noah nu goed kon drinken, schoot mijn productie omhoog. Door de overproductie stroomde de melk veel te snel, wat het drinken voor Noah weer moeilijk maakte. De kolf werd weer uit de kast gehaald en met 24 uur blokvoeden verminderde mijn productie weer iets. Inmiddels was Noah 11 weken, en eindelijk konden we genieten van het voeden. Het was allemaal nog heel kwetsbaar en gevoelig, en ik moest er echt de tijd voor nemen, maar ik had er alles voor over om het succes vast te houden.
Pas nu Noah ruim vier maanden is, komen we echt in een ritme. Ik kan weer dingen doen, als Noah slaapt heb ik even tijd voor mezelf, mijn man en het huishouden. Werken doe ik nog niet, ik wil binnenkort wel gaan beginnen als gastouder. We redden het financieel net, maar ik kan mijn kleine hummeltje gewoon niet weg brengen. Vier maanden heb ik van voeding tot voeding geleefd, was ik alleen maar bezig met Noah en het oplossen van ‘problemen’, nu ontspan ik pas echt en geniet ik enorm van het geven van borstvoeding. Het is zo bijzonder, en als ik naar mijn mannetje kijk terwijl hij drinkt weet ik dat het elke minuut van het ‘worstelen’ waard is geweest.
Zonder mijn man was dit nooit gelukt. Hij heeft geen moment getwijfeld aan mij en accepteerde dat ik niets anders deed dan met Noah bezig zijn. Hij hielp me waar hij kon en steunde me, deed veel in huis naast zijn drukke baan en verbouwing en bovenal gaf hij eindeloos flesjes aan Noah, hielp mij bij het kolven en nam mijn huilbuien voor lief. Ook zonder mijn moeder, Erica en verloskundige Barbara was het heel anders gelopen, ik wil hen dan ook heel graag bedanken! Ik hoop Noah nog heel lang te kunnen voeden.