Emancipatie

verhaal-307-1.jpgHet is nu alweer bijna een jaar geleden. Al voordat ik zwanger was, wist ik dat mijn kind borstvoeding zou krijgen. Mijn moeder had al haar vier kinderen met de borst groot gebracht. Haar schommelstoel waar ze mij al wiegend in gevoed had, sierde nu onze babykamer. Een mooie gedachte en ik keek erg uit naar het moment dat ik daar met ons kindje aan de borst in zou zitten.

Samen met mijn man had ik een privécursus ‘samen bevallen’ gevolgd. Een van de drie cursusavonden ging over het geven van borstvoeding. We zagen een instructievideo en het zag er heel natuurlijk uit. ‘Wat als de tiet het nu niet doet?’, vroeg Boris. De dame die de cursus gaf keek ons aan en zei dat het in het begin misschien wat stroef kan verlopen, maar dat de borstvoeding uiteindelijk altijd op gang komt. Een ‘defecte tiet’ bestond niet, we moesten het vooral niet opgeven en doorzetten. De steun van de omgeving en van mijn man was daarbij heel erg belangrijk. Samen spraken we naar elkaar uit dat we ervoor zouden gaan, en bij tegenslag niet maar naar de kunstvoeding zouden grijpen.

En zo kwam het dat we dus ook geen kunstvoeding in huis hadden op dag drie. Onze eerste nacht thuis verliep anders dan gepland. In het ziekenhuis had de zuster me geholpen met aanleggen en zoonlief dronk direct van mijn borst. Overdag ging het niet bij elke voeding goed, maar dat gaf niet volgens onze kraamzorg. Die avond en nacht lukte het aanleggen niet en zo zat ik om zes uur ‘s ochtends met een slapende baby in mijn armen te schommelen in de schommelstoel. Ik kon hem niet wakker krijgen. Toen de kraamhulp om zeven uur kwam, vertelde ik haar dat. Ook een natte washand help niet. De oorzaak was een te lage suikerspiegel, vertelde onze kraamhulp. Kjeld moest zo snel mogelijk bijvoeding krijgen. Dat werd snel in huis gehaald en die middag werd er nog een kolf geregeld voor mij. Kjeld kreeg de kunstvoeding van mijn man via vingervoeden. Gelukkig knapte Kjeld er snel van op, al was hij wel veel afgevallen.

De dagen daarop waren intensief. Ik kolfde om mijn productie op gang te krijgen en dat kreeg Kjeld aangevuld met kunstvoeding via vingervoeden toegediend. Het resultaat van het gekolf was dat ik op dag vijf met enorme stuwing wakker werd. Mijn tepels stonden zo strak, dat Kjeld met geen mogelijkheid kon aanhappen. Ik kreeg drukkompressen en mijn kraamhulp haalde alles uit de kast om Kjeld bij mij te laten drinken. Een neusspray voor mij om het toeschietreflex te stimuleren (ontspannen lukte me op dat moment niet goed), een  tepelhoedje, diverse voedingshoudingen en Boris en ik spraken de ‘vijf minuten regel’ af. Ik mocht vijf minuten proberen aan te leggen en als het niet lukte gaf hij Kjeld voeding via het spuitje. Zo voorkwamen we dat Kjeld gefrustreerd raakte aan de borst. Dag vijf voelde als kritisch aan. Boris bleef mij gelukkig steunen, ondanks alle obstakels. Op dag tien dronk Kjeld meer bij mij, dan dat hij kunstvoeding kreeg. Het voelde als een overwinning.  Na twee weken probeerde ik het zonder tepelhoedje. Toen merkte ik de zuigkracht pas echt. Als ik last van tepelkloven kreeg, gebruikte ik weer even het tepelhoedje. Na vier weken schommelde ik heerlijk ontspannen met Kjeld in de schommelstoel. Wat een genot.

verhaal-307-2.jpgMorgen is Kjeld jarig. En hij krijgt nog steeds borstvoeding. Eén van zijn favoriete hapjes is pap aangemaakt met moedermelk uit de vriezer. Ik heb nog een hele voorraad en kan hem nog maanden elke dag een bord pap geven. En dat terwijl ik de eerste maanden ook nog gekolfde moedermelk gedoneerd heb aan het kindje van mijn zus. Zij kwam die eerste week tot haar grote verdriet niet goed door en moest het borstvoeden opgeven. Voor een zwangere vriendin heb ik het Borstvoeding Boek gekocht, ter voorbereiding op die eerste moeilijke kraamweek. Ik hoop van harte dat het haar lukt.
Ondertussen is Kjeld z’n verjaardag aanleiding voor veel mensen om te vragen wanneer ik ermee stop. Dan zeg ik dat ik geen einddatum in gedacht heb. De geëmancipeerde generatie van mijn moeder gaf baby’s de fles zodat moeders onafhankelijk kon zijn. Ik kom voor het recht van mijn kind op om te mogen blijven drinken bij mij zolang hij dat nodig heeft. Als hij geëmancipeerd genoeg is, zal het vanzelf minder worden. En tot die tijd geniet ik van elk moment samen.

Olga